Marcel van der Schot speelt accordeon. Dat is zo’n ding met heel veel toetsen aan beide zijden van een balg. Het is geen ordinaire trekzak, het heeft geen pianotoetsen aan de rechterhand en de toetszetting is niet hopeloos ingewikkeld als een bandoneon. Daar zitten alle toetsen kriskras door elkaar. De bandoneon is wel veel lichter, dat lijkt enige compensatie.
Het accordeon is eigenlijk de stem onder de muziekinstrumenten. Letterlijk en figuurlijk. De balg van het instrument is als een omgekeerde long. Er komt lucht in wanneer je de balg open trekt en lucht uit als je hem dichtduwt. Door deze luchtcirculatie ontstaat er geluid. Met beide handen kan je tegelijkertijd de melodie en de bas spelen, met een veel breder bereik dan de breedste piano. Maar ook: je kan zelf bepalen of het geluid harder wordt, de klanken langer, met een zwaai of schok, et cetera en elk geluid dat je maakt kan je weer aanpassen. Het is vrijwel net zo veelzijdig als je stem. En zo kan het accordeon net als je stem, het diepste van je ziel raken.
Of eigenlijk specifieker: Marcel weet hiermee zulke indrukwekkende klanken mee te maken, dat ze wel uit het diepste van zijn ziel moeten komen. Ik vond ze betoverend.
De accordeon is overigens ook een instrument waar je je een beetje voor schaamt, als je puber bent en het bespeelt. Waarschijnlijk kom je daar pas rond je dertigste van af. In de tussentijd kan je stoppen of verder onder de titel ‘toetsenist’. Helemaal als je naast accordeon de synthesizer als tweede instrument hebt gekozen tijdens je opleiding Muziektechnologie aan het Conservatorium van Rotterdam, zoals Marcel. Toetsenist is cool, synthesizer ook. Accordeon niet. Althans voor een poosje.
De synthesizer is in feite het meest veelzijdige instrument dat er bestaat, zeker als er een computer aan gekoppeld is, maar het heeft geen ziel. Of in ieder geval ontbrak het aan bezieling in relatie tussen Marcel en dat ding. Dus toen Marcel volwassen werd en schaamte veel minder een issue werd, omarmde hij volledig het accordeon.
Het begon hem het ook te staan. De accordeon werd cool. Marcel werd cool en zijn muziek nog veel meer. Hij begon in bandjes te spelen en kon ervan leven. Hij speelt al jaren met Kees van Hoogen. Heeft in de The Bald & The Beautiful en Caramba gezeten, met Wilma Paalman gespeeld en zit nu bij Bakelied.
Oh, even tussendoor, ik heb net ‘de accordeon’ geschreven en daarvoor ‘het accordeon’. Dat kan dus beide. Allebei even goed.
Marcel schudt ondertussen het ene na het andere lied uit zijn mouw. Van klassiek tot rock. Van mariachi tot cumbia. Alsof het niets is. Maar dat is natuurlijk niet waar. Marcel heeft waarschijnlijk meer speeluren op zijn accordeon zitten dan stappen op zijn smartphone. Hij kan eindeloos rockriedeltjes oefenen. Wat hij verder nog oefent, heeft hij niet gezegd. Hij zei wel dat er Oost-Europese en Russische accordeonisten zijn die nog veel meer oefenen. Onder andere door specifieke fitnessoefeningen te doen om beter, sneller en langer klassieke composities van Mozart en Beethoven te spelen. Baas boven baas.
Waanzinnig spelen is leuk, maar voor Marcel is samen spelen nog veel leuker. Samen spelen in een band, maar ook binnen de muziek. Zo is Marcel met Caramba gewend geraakt aan het gesprek tussen de zanger en de accordeon. Dat is heel gewoon bij Mexicaanse muziek. Het is alsof je praat met de accordeon. De accordeon antwoordt steeds op de zangmelodie van de zanger. Marcel vindt dat zo heerlijk om te spelen. Met Bakelied maken ze andere muziek. Even wennen dus. Dan zegt de zangeres “Marcel, het mag wel wat minder”. Een ander soort gesprek, zeg maar.
Het mooie is dat Marcel dit zegt terwijl hij keihard lacht. Een van zijn andere kwaliteiten. Marcel is enthousiast, positief en openhartig. Hij doet het goed op het podium, het voelt als zijn tweede thuis.
Een grappig weetje. Het eerste album van Caramba hebben ze opgenomen twee maanden nadat ze in Mexico mariachi hadden leren spelen. En nu Marcel erop terug kijkt, denk hij dat dat toch het beste album is dat ze gemaakt hebben. Waarschijnlijk omdat het ze het meest ongedwongen waren.
Nog een grappig weetje. Hoe meer je muziek om je heen hebt, hoe dieper dit de beleving van muziek mogelijk maakt. Marcel komt geregeld in Colombia. Daar hoor je 24/7 letterlijk overal cumbia. Het straalt blijheid uit. Misschien moeten we met zijn allen cumbia gaan luisteren en dat het dan wel goed komt in de wereld!?
Verlag door Eeke Jagers